Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Land van den Bergh: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 7: Regel 7:
 
Bergh kwam na de afschaffing van de heerlijke rechten in [[1795]] bij Gelderland, maar werd na de Franse tijd hersteld. Willem August van Hohenzollern verkocht het in [[1912]] aan de Enschedese industrieel [[Heek, Dr Jan Herman van|Jan Herman van Heek]].
 
Bergh kwam na de afschaffing van de heerlijke rechten in [[1795]] bij Gelderland, maar werd na de Franse tijd hersteld. Willem August van Hohenzollern verkocht het in [[1912]] aan de Enschedese industrieel [[Heek, Dr Jan Herman van|Jan Herman van Heek]].
  
De bekendste graven van Bergh waren Willem IV (1537-1586) en zijn zoons Herman (1558-1611), Frederik (1559-1618) en [[Graaf Hendrik |Hendrik]] (1573-1638).
+
De bekendste graven van Bergh waren [[Willem IV]] (1537-1586) en zijn zoons Herman (1558-1611), Frederik (1559-1618) en [[Graaf Hendrik |Hendrik]] (1573-1638).
  
 
==Bronnen==
 
==Bronnen==

Versie van 22 jul 2009 om 12:09

Het Land van den Bergh , dat oorspronkelijke gebied van de Heren (sinds 1486 graven) van den Bergh vormde , had enigszins andere grenzen dan de latere gemeente Bergh. De kern was het Huis Bergh waar de zetel van de Heer placht te zijn, en bij welke muren het stadje 's-Heerenberg zich ontwikkeld heeft. De 8e september 1379 werd door Willem, heer van Bergh, een stadsrecht verleend, ten gevolge waarvan dit gebied een eigen bestuur kreeg, en afgescheiden werd van het buiten de stad gelegen gedeelte van het land van den Bergh dat voortaan bekend was als het landdrostambt. In dit laatste oefende de landdrost als ambtenaar van de heer het gezag uit. Voor criminele justitie bleef hij echter ook in de stad fungeren.

De oudst bekende heer Van den Bergh was Constantinus de Melegarde die zich tussen 1100 en 1125 in deze streek vestigde. Hij bouwde hier een burcht en noemde hem Montferrand. Daarna noemde hij zich Constantinus de Monte. De heren resideerden aanvankelijk op Montferland, maar stichtten in 1240 het Huis Bergh op zijn huidige locatie. De tak van Constantinus stierf in 1416 uit en werd opgevolgd door de heren Van der Leck. Oswald I van den Bergh verwierf in 1486 de graventitel.

Met Oswald III van den Bergh stierf het huis Van der Leck in mannelijke lijn uit. Via zijn dochter Maria Clara, die was gehuwd met vorst Maximiliaan van Hohenzollern-Sigmaringen, ging het Land van den Bergh over op het huis Hohenzollern-Sigmaringen. Zij stond haar rechten af aan haar kleinzoon Frans Willem, die daarmee het nieuwe geslacht Hohenzollern-Bergh stichtte. Hij werd in 1737 opgevolgd door zijn zoon Johan Baptist (de dolle graaf). Daar deze echter kinderloos bleef kwam Bergh na zijn dood weer in het bezit van de hoofdtak Hohenzollern-Sigmaringen, die zich verder weinig met Bergh bemoeide.

Bergh kwam na de afschaffing van de heerlijke rechten in 1795 bij Gelderland, maar werd na de Franse tijd hersteld. Willem August van Hohenzollern verkocht het in 1912 aan de Enschedese industrieel Jan Herman van Heek.

De bekendste graven van Bergh waren Willem IV (1537-1586) en zijn zoons Herman (1558-1611), Frederik (1559-1618) en Hendrik (1573-1638).

Bronnen

  • Het oud-archief der gemeente Bergh Overgenomen uit: Verslagen omtrent 's-Rijks Oude Archieven jg. 50 (1927)
  • Wikipedia

Externe link

Huis Bergh

Sjabloon:Onderwerp