Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Keurentjes, Franciscus Johannes

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
Frans Keurentjes (1923–1944)

Franciscus Johannes (Frans) Keurentjes is een oorlogsslachtoffer. Hij werd op 17 juni 1923 geboren als zoon van Bernardus Theodorus Keurentjes (18981986) en Hendrika Berendina Bolk (19001971). Hij woonde op het adres Zeddam 183, thans Bovendorpsstraat 15.

In 1941 werkte hij, net als zijn jongere broer Gerrit, bij Blom Conserven in Doetinchem. De directie bestond uit twee gebroeders Blom, waarvan er een lid was van de NSB. Op een dag kreeg Gerrit te horen dat hij "in akkoord" moest werken. Hij wist niet wat dat betekende. Toen hij zijn baas de volgende dag om uitleg vroeg, werd hij in elkaar geslagen. Frans schoot zijn broer te hulp en vroeg Blom wat hij daar met zijn broer deed.

Blom heeft Frans en Gerrit daarop ontslagen en naar Duitsland gestuurd om daar te werken. Gerrit kwam bij Gimborn in Emmerik terecht, maar Frans werd verder weg gestuurd. Hij werd tewerkgesteld in de Dynamietfabriek Krümmel in Geesthacht bij Hamburg. In 1865 heeft Alfred Nobel, de uitvinder van het dynamiet, deze fabriek als zijn eerste buiten Zweden opgericht. Samen met de nabijgelegen kruitfabriek in Düneberg stond deze fabriek bekend als de kruitkamer van Duitsland. In de oorlogjaren werden er in Krümmel tot wel 10.000 handgranaten per dag geproduceerd. Na de oorlog hebben de Britse bezetters het enorme fabrieksterrein volledig laten ontmantelen.

In Krümmel kreeg Frans verkering met een Duits meisje, Gertrud Crawaack, maar hij liep ook dynamietvergiftiging op. Daardoor verzwakte hij zodanig dat hij op een gegeven moment niet meer hoefde te werken. De vergiftiging had zijn nieren zodanig aangetast, dat hij van 1 tot 5 juni 1944 in een ziekenhuis in Hamburg werd verpleegd voor een Nierenerkrankung.

Op 4 juli 1944 is hij nog wel gaan zwemmen in de Elbe bij Lauenburg, niet ver van Krümmel. Daarbij is hij verdronken, 21 jaar oud. Hij werd begraven op het Gemeindefriedhof van Lauenburg, graf 5592. Op zijn graf kwam te staan: Hier ruht in Frieden unser lieber Sohn mein herzensguter Freund. Zijn voornaam staat er volgens de Duitse spelling: Franz. Het grafschrift zal zijn vriendin Gertrud Crawaack hebben bedacht. Contact met Zeddam was in die dagen niet mogelijk, en blijkbaar wist ze niet, of althans niet precies, dat Frans een zus en twee broers had, zodat de woorden und Bruder ontbraken. Hoe dan ook, zij had een serieuze relatie met Frans. Na de oorlog heeft zij de familie Keurentjes in Zeddam bezocht.

Frans' ouders wilden zijn graf bezoeken, maar waren daar lange tijd niet toe in staat, omdat zij geen geld voor de reis hadden. De Oorlogsgravenstichting organiseerde weliswaar gesubsidieerde groepsreizen naar Nederlandse erevelden in Duitsland, maar voor individuele reizen had zij krachtens haar statuten geen middelen beschikbaar. In de zomer van 1962 hebben zijn ouders zijn graf toch kunnen bezoeken dankzij een overeenkomst die Nederland en de Bondsrepubliek Duitsland in 1960 hadden gesloten. Een van de bepalingen hierin was dat de Bondsrepubliek voor een beperkt aantal nabestaanden per jaar gratis spoorwegvervoer in Duitsland (vanaf de grens) naar de begraafplaats en terug voor haar rekening nam. De Oorlogsgravenstichting werd belast met de uitvoering van deze bepaling en verstrekte Frans' ouders de reisbiljetten, waarmee zij van station Zevenaar via Emmerik, Oberhausen, Hannover, Bremen en Hamburg naar Lauenburg konden reizen.

Frans had op het Nederlandse ereveld in Lübeck herbegraven kunnen worden, waar onder meer Wessel Steintjes uit Beek begraven ligt, maar zijn ouders gaven er de voorkeur aan het graf in Lauenburg te laten. Wel hebben zij in november 1952 toestemming gegeven voor de plaatsing van een steen van de Oorlogsgravenstichting, op voorwaarde dat Gertrud Crawaack het graf kon blijven verzorgen. Dit heeft zij tot zeker in de jaren zestig gedaan, maar het is onduidelijk of de steen van de Oorlogsgravenstichting is geplaatst. Als dat gebeurd is, zou dat betekenen dat het graf nooit geruimd wordt. Volgens Frans' broer Gerrit, die het graf ook nog bezocht heeft, is het echter inmiddels geruimd.

Van Frans' overlijden is in Lauenburg op 8 mei 1946 een Sterbeurkunde opgemaakt op grond van een schriftelijke aangifte van de Wasserschutzpolizeiwache, Lauenburg/Elbe van 5 juli 1944. Als doodsoorzaak werd vermeld Tod durch ertrinken. Deze Sterbeurkunde is, getuige het rode stempel op de achterkant, opgemaakt ten behoeve van de Netherlands Tracing Mission ofwel de Nederlandse Missie tot Opsporing van Vermiste Personen uit de Bezettingstijd.

Zijn overlijden is op 12 augustus 1946 geregistreerd in de gemeente Bergh op grond van een Sterbeurkunde opgemaakt in Lauenburg op 26 november 1945.

Zijn naam staat op de oorlogsmonumenten in 's-Heerenberg en Zeddam, en in het Slachtofferregister van de Oorlogsgravenstichting.

Bronnen