Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Dauwtrappen: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
(externe link gerepareerd)
k (Externe link)
 
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
'''Dauwtrappen op Hemelvaartsdag'''
+
'''Dauwtrappen''' is een traditie die bij Hemelvaartsdag hoort. Men staat dan heel vroeg op om een wandeling of fietstocht in de natuur te maken.
  
Door: Leen den Besten<br/>
+
Vanuit [[gemeente Bergh|Bergh]] werden er vaak fietstochten ondernomen naar ''Tropisch Oosten'' in [[Silvolde]] en naar de ''Heilige Landstichting''.
 
 
Veel mensen staan op [[Hemelvaartsdag]] voor dag en dauw op en gaan samen met anderen
 
wandelen in de natuur. Dit komt van een oud gebruik dat in de 19e eeuw in sommige delen
 
van het land populair was. In Holland noemde men het ‘hemelvaren’. In het zuiden van
 
Drente, in Overijssel en Gelderland sprak men over ‘dauwtreden’ of ‘dauwtrappen’.<br/>
 
In de 19e eeuw trokken veel Amsterdammers in alle vroegte de stad uit om in de vrije natuur
 
te genieten van de meegenomen koek, rozijnen, krakelingen, vijgen en een 'cruycxken goet nats'. Het was wel de bedoeling dat ze om negen uur weer in de stad terug zouden zijn om de mis bij te wonen.<br/>
 
In Salland, Twente en Drenthe trokken vooral jongeren er midden in de nacht per fiets op uit. <br/>
 
Trekpleisters voor de Sallanders waren Diepenheim, Holten, Twickel en De Lutte.<br/>
 
Vaste bestemmingen voor de Twentenaren waren Vasse, Nijverdal, Buurse of Ahaus en voor de jongeren in Noord-Drenthe bijvoorbeeld Norg, Bakkeveen en de Drentse Aa. Vanouds was het bij fietsers gebruikelijk om een bosje bloeiende brem achter de koplamp te steken, als bewijs dat ze op pad waren geweest.<br/>
 
Over het algemeen namen de jeugdige fietsers niet alleen eten, maar vooral ook drinken mee. Volgens de Overijsselse Almanak van 1836 behoorde het meenemen van de jenever – en/of brandewijnfles tot de
 
gewoonte. De '''Gelderschen Volkalmanak''' van [[1858]] vermeldt dat het dauwtrappen gepaard
 
ging met het nodige rumoer en dat tegen de avond het halve dorp dronken was: ‘Dat
 
joelde de herbergen in en uit en schreeuwde langs de weg en door het dorp alsof er een
 
troep razenden was losgebroken.’<br/>
 
Op verschillende plaatsen in westelijk Noord-Brabant speelde de fanfare een belangrijke rol bij het dauwtrappen. Omstreeks drie uur in de morgen gingen de kerkgangers te voet naar de kerk van een naburig dorp. De fanfare begeleidde hen daarbij. Na de vroegmis was het feest. In de loop van de voormiddag keerde ieder naar huis terug. Menigeen was dan 'topzwaar'.<br/>
 
Het dauwtrappen komt nu nog vooral voor in de oostelijke helft van Nederland. Het heeft vele
 
vormen aangenomen, van 'Dauwtrapfeest' in Deurningen (Twente), een toertocht met oldtimers en groepsgewijs wandelen of fietsen, tot een vroege dauwtrapexcursie met de boswachter afgesloten met
 
gezamenlijk ontbijt.
 
 
 
'''Niet-christelijk gebruik'''<br/>
 
Volgens sommige bronnen werd dauwtrappen vroeger zingend en blootsvoets gedaan. Het ritueel
 
zou een zuiverende en genezende werking hebben, omdat dauw beschouwd werd als een goddelijk verschijnsel.<br/>
 
Het dauwtrappen schijnt oorspronkelijk een Meifeest te zijn geweest, waarbij de wederopbloei van de natuur werd gevierd. Het had het karakter van het inhalen van de lente. Volgens verzamelaar van oude volksverhalen en volksgebruiken, Jan ter Gouw, herinnert het dauwtrappen aan ‘het heenstroomen onzer voorvaderen naar de heilige wouden om vreugde te bedrijven, nu eens op algemeene godsdienstfeesten, dan weêr op bijzondere feestdagen van den beschermgod van gouw, heem, marke of dorp. Toen die wouden er niet meer waren, en ’t volk wel gekerstend maar niet veranderd was, bleven toch de oude gewoonten voortduren; en in de middeleeuwen en na de Reformatie zelfs stroomden op gezette tijden de stedelingen ter poorte uit, om vrolijk te zijn onder het lommer, al wat ’t ook in
 
een boschje vlak voor de stadspoort. Op de dorpen verving de groote lindeboom
 
voor de herberg den ouden woudtempel.
 
 
 
'''Mulderskermis'''<br/>
 
In Hengelo en in Zelhem had men in de 19e eeuw een geheel eigen viering van de hemelvaartsdag. [1]Ieder bakte een roggebrood dat minstens elf kilo moest wegen. Na de middagkerktijd wandelde men met zijn brood onder de arm of op de schouder naar de molen van Hengelo. Hier kwamen ook de burgemeesters vergezeld door de dominees, pastoors, diakenen, armenmeesters en schoolmeesters van de beide dorpen. Ieder legde zijn brood neer en de schoolmeesters wogen het. Voor elk pond (halve kilo) dat je brood te licht was, betaalde je dertig cent boete. Wie het zwaarste brood gemaakt had, kreeg een fles witte wijn cadeau. Al het brood, soms wel meer dan tweeduizend kilo, werd onder de
 
armen verdeeld. Volgens oud recht behoorde het zwaarste brood aan de burgemeesters, maar natuurlijk maakten de heren van dat recht geen gebruik en werd ook dit brood aan de armen gegeven. Het overige van de dag vierde men feest: de mulderskermis.
 
 
 
© L. den Besten<br/>
 
Zevenaar, 14 mei 2007.<br/>
 
[1] Jan ter Gouw, De Volksvermaken, Haarlem 1870, 219-220
 
 
 
'''Bergh'''<br/>
 
Vanuit [[gemeente Bergh|Bergh]] werden er vaak fietstochten ondernomen naar ''Tropisch Oosten'' in Silvolde]] en de ''Heilige Landstichting''.
 
  
 
==Zie ook==
 
==Zie ook==
*[[Agenda]]
 
 
*[[IVN]]
 
*[[IVN]]
 
*[[Fietstocht Rondje Bergh]]
 
*[[Fietstocht Rondje Bergh]]
  
 
==Externe link==
 
==Externe link==
*http://www.protestantsegemeentezevenaar.nl/
+
*[http://nl.wikipedia.org/wiki/Dauwtrappen Wikipedia]
{{Onderwerp|Folklore}}
+
 
 +
[[Categorie:Folklore]]

Huidige versie van 17 nov 2016 om 16:21

Dauwtrappen is een traditie die bij Hemelvaartsdag hoort. Men staat dan heel vroeg op om een wandeling of fietstocht in de natuur te maken.

Vanuit Bergh werden er vaak fietstochten ondernomen naar Tropisch Oosten in Silvolde en naar de Heilige Landstichting.

Zie ook

Externe link