Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Til, Bernard Hendrik van
Bernard Hendrik van Til is een oorlogsslachtoffer afkomstig uit 's-Heerenberg, waar hij op 5 oktober 1913 werd geboren als zoon van Johan Gerrit Willem van Til, petroleumventer, en Maria Lammerdina Assink. Zijn vader verhuisde in maart 1920 naar Arnhem; Bernard Hendrik en zijn moeder volgden hem in september van dat jaar.
Van Til was bij de Duitse inval op 10 mei 1940 dienstplichtig korporaal bij de mitrailleurcompagnie van het 2e bataljon van het 8e Regiment Infanterie (MC-II-8 RI). Hij was als afstandmeter ingedeeld bij een van de vier secties van MC-II-8 RI. Elke sectie (tegenwoordig peloton genoemd) had twee afstandmeters en bestond daarnaast uit een commandant en drie mitrailleurs met elk twaalf man bedieningspersoneel. De compagniescommandant van MC-II-8 RI was kapitein Schoevaars uit 's-Heerenberg.
Bij het 8e Regiment Infanterie, dat op en rond de Grebbeberg gelegerd was, dienden veel jonge mannen uit het oosten van het land. Twee andere gesneuvelde Berghse militairen dienden eveneens bij dit regiment, namelijk de soldaten Hermsen en Span.
Het bataljon van Van Til verdedigde de noordhelling van de Grebbeberg en het veld onmiddellijk ten noorden daarvan. Vlak voor de strijd vond er een herschikking van MC-II-8 RI plaats, waarbij een groot deel onder het bevel van andere eenheden werd gesteld (en MC-II-8 RI met andere eenheden werd aangevuld). Het is daardoor niet bekend of korporaal Van Til onder het bevel van kapitein Schoevaars stond toen hij op 13 mei sneuvelde. Over de omstandigheden waaronder dat gebeurd is, zijn geen bijzonderheden bekend, maar over Van Tils lot heeft lange tijd onzekerheid bestaan.
Op 10 september 1941, bijna anderhalf jaar na het begin van de oorlog, werd er bij toeval een veldgraf ontdekt bij de schaapskooi op de noordhelling van de Grebbeberg. Daarin werd het lichaam van een Nederlandse militair aangetroffen. Het feit dat de dode in een veldgraf werd gevonden kan erop wijzen dat hij al op 12 mei is gesneuveld. Op 13 mei was de strijd zo hevig dat het de vraag is of zijn strijdmakkers toen gelegenheid kunnen hebben gehad een graf te graven. Identificatie bleek niet mogelijk, zodat de dode als onbekende militair op het Militair Ereveld Grebbeberg begraven werd.
In de zomer van 1942 zijn nagenoeg alle graven van onbekende militairen op het Ereveld geopend om zo veel mogelijk gesneuvelden alsnog te identificeren. Daarbij werd op 4 september 1942 vastgesteld dat het lichaam dat een jaar eerder bij de schaapskooi was gevonden, dat van Bernard Hendrik van Til was. Zijn nabestaanden hebben aldus ruim twee jaar op duidelijkheid over het lot van hun familielid moeten wachten.
Voor de doden die na mei 1940 gevonden werden, is op het Ereveld een nieuwe rij graven aangelegd; rij 7. Graf 39 in deze rij is van luitenant Van der Kuijp, de pelotonscommandant van Wim Berntsen. Van Til werd echter niet in deze rij 7, maar in rij 4 begraven. Om de zes oorspronkelijke rijen allemaal even lang te maken, moesten er hier en daar enkele graven worden toegevoegd. Rij 4 kreeg er zo twee graven bij; graf 61 van korporaal Van Til en graf 62 van soldaat Hendriks.
Hoewel zijn lichaam pas op 4 september 1942 werd geïdentificeerd, heeft Van Tils vader al op 12 september een overlijdensadvertentie laten plaatsen in de Armhemsche Courant. Enkele weken later, op 22 oktober 1941, heeft hij het overlijden van zijn zoon aangegeven in de gemeente Rhenen. Een uittreksel van deze akte is op 3 november 1941 ingeschreven in de gemeente Arnhem. Blijkbaar was er al kort na de vondst van het lichaam voldoende reden om aan te nemen dat het om Van Til ging.
Zijn nagedachtenis
Van Til staat vermeld:
- in de Erelijst van gevallenen 1940-1945
- op het Monument 8e Regiment Infanterie op de Grebbeberg
Bronnen
- Archieven.nl
- Staat van dienst en zijn persoonlijke pagina op Stichting de Greb
- Oorlogsgravenstichting
- Erelijst van gevallenen 1940-1945