Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Rulof, Josephus Gerhardus

Uit Berghapedia
Versie door Verre neef (overleg | bijdragen) op 22 jan 2022 om 14:21 (Zijn jeugd: correctie)
Ga naar: navigatie, zoeken
Jozef Rulof - Jeus

Zijn jeugd

Josephus Gerhardus (Jozef, Jeus) Rulof was een medium, schrijver, kunstschilder, genezer en spreker. Hij werd op zondagavond 20 februari 1898 geboren in 's-Heerenberg in het gezin van de toen 27-jarige Christina (Crisje) Hulst en de even oude Hendrikus Franciscus Rulof. De familie Rulof woonde in een kleine woning aan de toenmalige Grintweg 138 (tegenwoordig de Zeddamseweg 36/38), dat in 1890 was gebouwd door de toenmalige Arbeids Bouwvereniging. Jeus had als bijnaam Biggetje Rulof. Hij groeide op in een warm gezin met een sterke onderlinge band.

Zijn ouders en de omgeving hadden al snel onderkend dat Jozef een bijzonder ventje was: "Chris, deze het oge in zien kop als hemele", was een van de uitspraken. Hij was een dromerige jongen, die vanaf zijn geboorte sterk paranormaal begaafd was. Hij was helderziend, helderhorend en hij kon genezen door handoplegging. Vanaf zijn kindertijd was hij een echte denker, hij probeerde het leven te doorgronden en voor zichzelf te verklaren.

Op de lagere school was Jozef nauwelijks geïnteresseerd in de lessen, maar zwierf in gedachten liever door de bossen en velden bij 't Peeske en rond Stokkum. Daarbij werd hij, zoals hij vertelde, steeds vergezeld door een licht uitstralende persoonlijkheid uit de astrale wereld. Deze licht uitstralende persoonlijkheid was voor hem even werkelijk als zijn ouders of buren. Hij noemde hem een Meester die hem boodschappen wilde overbrengen. Als kind van vijf vertelde de kleine Jozef Rulof al aan iedereen dat hij later boeken zou gaan schrijven.

Na de dood van zijn vader in 1911 moest het gezin Rulof het zonder kostwinner en dus zonder inkomsten stellen. Jozef stopte daarom met school, nam de vaderrol op zich en ging werken in de borstelfabriek van 's-Heerenberg; de Bösselhut in de volksmond. Omdat het verdiende geld niet toereikend was om van rond te komen trok hij naar Emmerik en later naar andere plaatsen om meer te kunnen verdienen en zo het gezin draaiende te kunnen houden. Ondanks de inspanningen van de toen zeer jonge Jozef, lukte het niet de eindjes aan elkaar te knopen. Zijn moeder Crisje hertrouwde in augustus 1912 met de timmerman Hendrikus Theodorus Hageman.

In het voorjaar van 1920 ging Jozef Rulof naar Den Haag, waar hij onderdak vond bij zijn oudste broers. Hij is politoerder geweest, heeft diners rondgebracht, werkte in een hotel in Wassenaar, was fietsenmaker in Rotterdam, maar ging uiteindelijk weer terug naar Den Haag. Daar leerde een vriend hem chaufferen, waarna hij als taxichauffeur met toeristen door Den Haag toerde.

De ziener

Boekbespreking van het eerste deel van de trilogie Jeus van moeder Crisje in de Nieuwe Apeldoornse Courant van 22 augustus 1950

Op 8 augustus 1923 trouwde Jozef in Den Haag met de dienstbode Anna Fuchs, dochter van Alois Fuchs en Beatrix Saiko. Zij was op 16 februari 1900 geboren in Außergefild, dat toen nog in het Oostenrijks-Hongaarse Rijk lag. Nu ligt de plaats in Tsjechië en heet Kvilda. Met zijn vrouw vestigde hij zich in Den Haag. Hij begon zich toen definitief tot een helderziend, helderhorend, heldervoelend, genezend, schrijvend en schilderend medium te ontwikkelen.

In de avonduren hield hij seances. Hij kwam dan in trance en gaf boodschappen door die hem werden ingefluisterd door de Meesters. In 1933 schreef Jozef zijn eerste boek, Een blik in het hiernamaals, deel 1. Om de uitgave van dit boek te bekostigen schilderde hij vele schilderijen en porseleinenbordjes met geestelijke kunstwerken. Er zouden in een kort tijdsbestek 600 schilderijen, beschilderde borden en nog ruim 25 boeken van Jozef Rulof volgen. De omstandigheden waren niet altijd even gunstig. Zo schreef hij in de hongerwinter van 1944–1945 (terwijl de V2's overvlogen en hij de uitputting nabij was) in zijn koude keuken bij het licht van een schoenveter in olie binnen vijf maanden zeven boeken, waaronder De Kosmologie. In 1950 en 1952 verschenen die drie delen van zijn autobiografie Jeus van moeder Crisje.

Tussen 1945 en 1948 bracht Jozef drie bezoeken aan de Verenigde Staten, waar hij verbleef bij zijn broers Gerrit, Hendrik en Teun, die naar dat land waren geëmigreerd. Hij heeft tijdens deze reizen bijeenkomsten gehouden waar hij in trance schilderijen vervaardigde en vele lezingen in accentloos Engels gegeven, onder meer in de befaamde Carnegie Hall in New York. Zijn broers waren zo onder de indruk van zijn werk dat zij zowel de vertaling als de uitgave in de Verenigde Staten van twee boeken volledig hebben gefinancierd. Met een eigen uitgeverij, Rulof Bros in White Plains, New York, hebben zij ook andere Engelse vertalingen verzorgd van Jozefs boeken en verwante literatuur zoals Jozef, a Life in Two Worlds van Leo Uittenbogaard.

Overlijdensadvertentie in
Het Vaderland van 4 november 1952

Op woensdag 25 juli 1945 heeft Jozef in Diligentia in Den Haag zijn eerste openbare lezing gegeven. Er volgden nog vele lezingen in dit gebouw. Tussen 1947 en 1948 belegde hij wekelijks bijeenkomsten in gebouwen die grote aantallen bezoekers aankonden, onder meer in Ken U Zelve in Den Haag, in Palace en Odeon in Rotterdam, en in het pand aan de Sarphatistraat 8 in Amsterdam. Tevens organiseerde Jozef vraag- en antwoordavonden georganiseerd, waar hij vragen via mediamieke weg beantwoordde. Die avonden, waar soms wel 700 mensen zaten, zouden doorgaan tot eind oktober 1952: een week voor zijn overlijden. In totaal heeft hij bijna 900 lezingen gehouden. Vele lezingen en vraag- en antwoordavonden zijn op geluidsband bewaard gebleven.

Op 12 september 1946 richtte Jozef Rulof in Den Haag de Stichting Geestelijk Wetenschappelijk Genootschap “De Eeuw van Christus” op. Het genootschap had tot doel de openbaringen van de Meesters in zo breed mogelijke kring te verspreiden. Het was nadrukkelijk niet de bedoeling om een nieuwe godsdienst of sekte te stichten; ledenvorming was ongewenst.

Jozef Lulof overleed in Den Haag op 3 november 1952. Hij is 54 jaar oud geworden.

Jeus en de Heemkundekring

Het exemplaar van De volkeren der aarde met een opdracht van Rulof is in de bibliotheek van de Heemkundekring Bergh.

Op 25, 26 en 27 november 1988 organiseerde de Heemkundekring Bergh een tentoonstelling over Jeus Rulof. Toenmalig bestuurslid Diane Visser-Angenent had daarin een heel groot aandeel. Er waren voornamelijk schilderijen te zien die Jeus in trance geschilderd heeft. De belangstelling voor deze driedaagse tentoonstelling was overweldigend: 1017 bezoekers.

Jeus komt ook nog ter sprake in Old Ni-js nr. 58 in het artikel over de tramweg Zutphen-Emmerik. Daarin wordt verwezen naar het hoofdstuk 'Crisje toch, ow Bennad hebbe ze alle beide beene afgereeje' in de trilogie Jeus van moeder Crisje. Dat ongeluk gebeurde met een rijdende tram. Bernard - broer van Jeus - wilde op de treeplank springen en gleed eraf.

In een ander Old Ni-js nr. 56 staan in het artikel De gemeentelijke schoorsteenveger gezinsbladen van de grootouders en overgrootouders van Jeus Rulof.

Bronnen